Zoeken in deze blog

dinsdag 28 maart 2017

12. Kennisdeling organiseren


Waarom?
Voor wie er nog zou aan twijfelen: het delen van kennis heeft enorme voordelen voor een organisatie, én voor de delende individuen. Een organisatie kan maar succesvol zijn als ze productief omgaat met kennis; en dat veronderstelt dat deze breed beschikbaar is, royaal gebruikt wordt, en hierdoor nieuwe kennis genereert. Vooral in kennis-gedreven organisaties is dit van strategisch belang.
Voor de bezitters van kennis zijn er ook grote voordelen. Vooreerst: als je kennis weggeeft, ben je ze niet kwijt, dus dat nadeel speelt zeker niet. Door het delen van informatie krijg je wellicht via feedback een vorm van waardering , of zelfs een bevestiging van de (je) kwaliteit. Je zou ook dankbaarheid kunnen oogsten, en zelfs respect en bewondering. Bovendien is de kans groot dat je in ruil ook kennis van anderen krijgt, die voor jezelf betekent dat je met minder inspanning meer kennis kan opbouwen. Een niet te versmaden voordeel voor de deler is dat door het delen van kennis je jezelf verplicht om ze goed te structureren en te formuleren. Zoals bekend: “Ce qui se consoit bien, so prononce clairement”; door je te verplichten iets goed te communiceren, moet je het in je eigen hoofd ook helder krijgen. En da tis dan ook een nuttig effect van delen. Je zou dus kunnen stellen dat door het delen van kennis ook de eigen ontwikkeling flink gediend is, en dat er geen nadelen zijn, want je verliest niets. Ondanks deze logische evidentie blijkt het bijzonder moeilijk om kennisdeling in de praktijk te realiseren.
Problemen, hindernissen
Als we proberen te begrijpen waarom kennisdeling zo moeilijk is, dan komen we al snel terecht bij vooroordelen, angsten, overtuigingen… Enkele sterke hinderpalen zijn: onbalans tussen geven en krijgen; angst voor beoordeling en competitie.
Een eerste drempel bestaat in de onzekerheid dat je het niet duidelijk kunt overbrengen omdat je het zelf nog niet goed begrijpt. Een gebrek aan beheersing schept onzekerheid. Als je kennis deelt zou bovendien wel eens kunnen blijken dat ze achterhaald is, waardeloos of niet relevant. Deze beide hinderpalen hebben iets te maken met het zelfvertrouwen van de gever, maar ook met timing en het willen investeren van dat beetje energie dat nodig is kennis deelbaar te maken.
Een grote hinderpaal is het vooroordeel, of de vrees, dat het delen van kennis een eenzijdig verkeer zal opleveren. Je bent immers nooit zeker dat je wat in de plaats gaat krijgen. Het gevoel bestolen te worden is dan nooit ver weg. De ego-reflex die hier aan ten grondslag ligt wordt nog gevoed door een competitie tussen mensen. Die kan het gevolg zijn van de culturele omgeving waarin men functioneert of de spelregels in de organisatie, vooral op het vlak van beloning en waardering. Uiteraard speelt ook her weer het gebrek aan zelfvertrouwen van de potentiële gever een rol. Iemand die zich wil bewijzen is per definitie onzeker, en beschouwt collega’s gemakkelijk als potentiële concurrenten. Mensen die beschikken over een taak-gerichte persoonlijkheid, met minder aandacht voor relatie, zullen verder ook geen natuurlijke reflex tot delen en samenwerken aanvoelen, en zullen veel rationele redenen moeten zien om toch tot delen over te gaan.
Een mogelijke Oplossing
Om de voordelen te benutten, en het hoofd te bieden aan de hinderpalen, zijn een aantal elementen nodig. Een garantie op succes is er niet, maar er zijn toch enkel factoren die er kunnen toe bijdragen.
1-      De toegevoegde waarde voor de organisatie moet duidelijk en geaccepteerd  zijn, en naar waarde geschat. Naarmate de betrokkenheid van de kennis-medewerkers bij de missie en strategie van de organisatie groter is, zal dit een beter bereikbaar doel zijn. Een denkoefening met dit doel gebeurt best met het hele betrokken team.
2-      Een inzicht in de hindernissen delen binnen het team geeft elk teamlid een zelf-reflectie maar ook een soort gedeelde uitdaging. En goede aanpak hier is om de teamleden zelf de hindernissen te laten ontdekken, en dan aan te vullen indien nodig en nuttig.
3-      Er moeten spelregels afgesproken worden die de kennisdeling omkaderen, en die een antwoord bieden aan de hinderpalen. Mogelijke principes op dit vlak zijn ( onvolledig en bij wijze van voorbeeld):

a.       Kennis delen behoort bij de job; het is geen vrijwillig extra.
b.       Iedereen deelt al zijn kennis op eenvoudige vraag van een collega.
c.       Iedereen maakt zijn eigen kennis overdraagbaar door ze goed te structuren en te documenteren.
d.       De timing hiervoor wordt in een planning gestoken, en die is gedeeld met collega’s.
e.       Wie kennis van anderen gebruikt vermeld steeds de bron op een correcte en volledige manier.
f.        Wie deze regels niet respecteert, wordt hier door collega’s op aangesproken.
g.       Iedereen kan zich uit de afspraken terugtrekken, maar dan helemaal (eventueel uitsluiting uit de organisatie).
h.       Het niet respecteren van deze regels wordt binnen het hele team bekend gemaakt.
i.         Wie deze regels herhaaldelijk niet respecteert, wordt uitgesloten.
j.         Uitsluitingen worden publiek gemaakt, ook buiten het team.
k.       Deze regels worden door alle betrokkenen afgesproken, en desgevallend wordt een formeel schriftelijk engagement gegeven.
Starten
Om deze aanpak te realiseren is het uiteraard onvoldoende om deze inzichten en werkwijze schriftelijk te communiceren. Er is een degelijk leiderschap nodig om ter zake een gericht initiatief te nemen en alle betrokken in het noodzakelijk overleg te betrekken. Een professionele besluitvorming is nodig, waarbij een stemming als onvoldoende moet beschouwd worden. Bij de opvolging zal bovendien niet alleen het hele team actief moeten betrokken worden, maar er zal een leiderschap nodig zijn dat in geval dit faalt, toch de noodzakelijke communicatie te realiseren. Het spreekt voor zich dat hierbij hoort dat in sommige situaties mensen redelijk diep in de ogen moeten gekeken worden. Een sterke coaching lijkt aangewezen. Vooral om na een eventuele start de nodige continuïteit te waarborgen, zal goed coachend leiderschap permanent beschikbaar moeten zijn. Persoonlijke hindernissen moeten hierbij bespreekbaar zijn. De beslissing ligt steeds bij de betrokken medewerker, maar deze dient alle consequenties te aanvaarden. Een respectvolle focus moet de vrijblijvendheid wegnemen om professionele attitudes (teamcultuur) te ontwikkelen.
Hugo Der Kinderen

28 maart 2017

Geen opmerkingen: